All posts by jansen_kleton_claudia

Behandeling wetsvoorstel bedrag ineens, regeling vervroegd uittreden en verlofsparen

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in een brief aan de Eerste Kamer uiteengezet waarom het wetsvoorstel bedrag ineens, regeling vervroegd uittreden (RVU) en verlofsparen nog voor de jaarwisseling behandeld zou moeten worden.

Het wetsvoorstel vloeit voort uit de afspraken die zijn vastgelegd in het pensioenakkoord. Het spoedeisend karakter van het wetsvoorstel betreft de versoepeling van de RVU-heffing. De voorgestelde versoepeling maakt het mogelijk om tot drie jaar voor de AOW-leeftijd te stoppen met werken. In het pensioenakkoord is afgesproken dat deze maatregel op 1 januari 2021 in zal gaan. De regelingen voor vervroegd uittreden kunnen worden ondersteund via een subsidieregeling. De inwerkingtreding van deze subsidieregeling is gekoppeld aan het wetsvoorstel bedrag ineens, RVU en verlofsparen. Wanneer de behandeling van het wetsvoorstel na de jaarwisseling zou plaatsvinden, hebben werkgevers geen zekerheid dat er geen RVU-heffing geheven zal worden over de vervroegde uittreedregeling. Ook is onzeker of de vervroegde uittreedregeling voldoet aan de voorwaarden van de nog niet ingevoerde subsidieregeling.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | wetsvoorstel | 2020-0000171381 | 10-12-2020

AOW-leeftijd ook in 2026 67 jaar

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de AOW-leeftijd en de aanvangsleeftijd voor de AOW-verzekering voor het jaar 2026 bekendgemaakt. Volgens raming van het CBS bedraagt de resterende levensverwachting op 65-jarige leeftijd in 2026 20,82 jaar. De uitkomst van de formule voor de berekening van de AOW-leeftijd is dat deze in 2026 evenals in 2025 67 jaar bedraagt. De aanvangsleeftijd voor de AOW-verzekering blijft 17 jaar.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | publicatie | Staatscourant 2020, nr. 65110 | 13-12-2020

Nota n.a.v. het verslag novelle Belastingplan 2021

De staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag betreffende het voorstel van wet tot wijziging (novelle) van het Belastingplan 2021 naar de Tweede Kamer gestuurd. Het voorstel tot wijziging van het Belastingplan betreft een onderdeel van de Baangerelateerde Investeringskorting (BIK). De bepalingen die betrekking hebben op aansluiting van de BIK bij de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting treden alleen in werking als de Europese Commissie dat heeft goedgekeurd. De bepalingen die betrekking hebben op de fiscale eenheid zijn hiertoe tijdelijk uit het Belastingplan 2021 gehaald, met de mogelijkheid deze weer terug te zetten in de wet op een bij Koninklijk Besluit te bepalen datum, met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2021.

Uit de nota wordt duidelijk dat het kabinet niet van plan is om via een nota van wijziging een desinvesteringsregeling voor te stellen.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 2020-0000242370 | 07-12-2020

Nota n.a.v. verslag Belastingplan 2021

De staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag betreffende het wetsvoorstel Belastingplan 2021 naar de Eerste Kamer gestuurd.

In antwoord op vragen naar de samenloop van de kwijtscheldingswinstvrijstelling met de nieuwe verliesverrekeningssystematiek in de vennootschapsbelasting deelt de staatssecretaris mee dat de regeling moet voorkomen dat bedrijven met winstgevende activiteiten jaren achtereen geen belasting betalen. Het is mogelijk dat een bedrijf in een jaar over een deel van de niet-vrijgestelde kwijtscheldingswinst vennootschapsbelasting verschuldigd zal zijn. Een beperking van de voorgestelde maatregel, afhankelijk van de aard van de winst waarmee de verliezen worden verrekend, is niet in lijn met de doelstelling van de voorgestelde maatregel.

Het opnemen van een desinvesteringsbijtelling in de BIK is ingewikkeld en leidt tot extra administratieve lasten. Door de voorwaarde dat alleen van de BIK kan worden geprofiteerd als het gaat om een nieuw bedrijfsmiddel dat binnen zes maanden in gebruik wordt genomen en door de uitsluiting van bedrijfsmiddelen, die ter beschikking worden gesteld aan anderen, komt de BIK volledig bij de BIK-inhoudingsplichtige terecht, ongeacht de gebruiksduur van het bedrijfsmiddel in de onderneming. Als een bedrijfsmiddel niet in gebruik is genomen kan RVO.nl de toegekende BIK terugdraaien.

De verschillen tussen de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting zijn aanleiding voor het niet opnemen van de mogelijkheid om een fiscale coronareserve te vormen voor een IB-ondernemer. Zo zijn de mogelijkheden om verliezen te verrekenen met winsten van eerdere jaren in de inkomstenbelasting ruimer dan in de vennootschapsbelasting. Daarnaast zou de vorming van een fiscale coronareserve voor IB-ondernemers gevolgen kunnen hebben voor andere inkomensbestanddelen dan de winst uit onderneming in box 1 en voor de toepassing van inkomensafhankelijke regelingen zoals toeslagen.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 35 572 | 02-12-2020

Wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2021 aangenomen

De Eerste Kamer heeft op 8 december 2020 het wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2021 aangenomen. Het wetsvoorstel bevat een aanpassing van het overgangsrecht levensloopregeling, waardoor dit op 1 november 2021 eindigt in plaats van op 31 december 2021. In het wetsvoorstel worden de berekeningswijze van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek en de afdrachtvermindering S&O met betrekking tot publieke kennisinstellingen verduidelijkt.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 35573 | 07-12-2020

Vertraging verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de Tweede Kamer meegedeeld dat de uitwerking van een voorstel voor een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen langer duurt dan verwacht. Aan het voorstel wordt gewerkt met de sociale partners, het UWV, de Belastingdienst en het Verbond van Verzekeraars. Ook zelfstandigenorganisaties zijn bij de uitwerking betrokken. Voor het einde van het eerste kwartaal van 2021 zal de minister de Kamer nader informeren over de voortgang.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | publicatie | 2020-0000171197 | 14-12-2020

Besluit uitvoering pensioenregelingen

De staatssecretaris van Financiën heeft enkele knelpunten in de uitvoering met betrekking tot pensioenregelingen en oudedagsverplichtingen weggenomen. In een besluit heeft hij toegelicht dat een stichting kan optreden als toegelaten uitvoerder van een oudedagsverplichting. Daarnaast heeft de staatssecretaris goedgekeurd dat:

  1. een beleggingsonderneming optreedt als toegelaten uitvoerder van loonstamrechten;
  2. het corrigeren van samenloop van opbouw van pensioenaanspraken niet leidt tot belastingheffing over de waarde van de aanspraken; en
  3. voor specifieke situaties waarin aandeelhouders de pensioengerechtigde compenseren voor een waardestijging van de aandelen als gevolg van de afkoop van het pensioen in eigen beheer of de omzetting in een oudedagsverplichting, deze compensatie niet wordt aangemerkt als loon.

Het besluit is op 15 december 2020 in werking getreden. De goedkeuring dat een beleggingsonderneming optreedt als toegelaten uitvoerder van loonstamrechten en de toelichting dat een stichting kan optreden als toegelaten uitvoerder van een oudedagsverplichting werken terug tot en met 1 april 2017.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | Staatscourant 2020, nr. 62989 nr. 2020-234674 | 13-12-2020

Aanpassing tarieven WBSO 2021

Op Prinsjesdag 2020 is bekendgemaakt dat de tarieven voor de afdrachtvermindering voor speur- en ontwikkelingswerk (WBSO) voor 2021 worden verhoogd. Het tarief in de eerste schijf gaat van 32 naar 40% en het starterstarief gaat van 40 naar 50%. De eerste schijf loopt tot een bedrag van € 350.000. De staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat heeft de regeling, waarin deze aanpassingen zijn vastgelegd, gepubliceerd. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om een fout in de Regeling S&O-afdrachtvermindering te herstellen. In deze regeling zijn eisen gesteld aan de administratie voor de in een S&O-verklaring opgenomen S&O-projecten. Volgens de tekst had deze administratie betrekking op het jaar waarin de S&O-verklaring is afgegeven. Bedoeld is het jaar waarvoor de S&O-verklaring is afgegeven. In de tekst van de regeling is ‘waarin’ vervangen door ‘waarvoor’.

Bron: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | besluit | Staatscourant 2020 nr. 66644 | 14-12-2020

Wetsvoorstellen Belastingplan 2021 aangenomen door Eerste Kamer

De Eerste Kamer heeft de wetsvoorstellen van het Belastingplan 2021 aangenomen, inclusief de novelle betreffende de BIK. De wetsvoorstellen Overige fiscale maatregelen 2021 en Eenmalige huurverlaging waren al eerder door de Eerste Kamer aangenomen.

De Eerste Kamer heeft een motie aangenomen waarin het kabinet wordt gevraagd om onderzoek te doen naar een meer neutrale behandeling van ondernemers in de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting. De uitkomsten van dat onderzoek zouden in de eerste helft van 2021 bekend gemaakt moeten worden.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 14-12-2020

Aanvragen NOW vierde kwartaal 2020 weer mogelijk

De derde fase van de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor behoud van Werkgelegenheid, kortweg de NOW-3, geldt voor de periode van 1 oktober 2020 tot 1 juli 2021. De totale duur van de NOW-3 is in drie tijdvakken verdeeld. Het eerste tijdvak loopt van 1 oktober tot en met 31 december 2020.

Aanvragen voor het eerste tijdvak van de NOW-3 was mogelijk van 16 november tot en met 13 december 2020. In verband met de op 14 december jl. aangekondigde extra maatregelen heeft het UWV het aanvraagloket weer opengesteld. Dat betekent dat aanvragen voor NOW-3 over het vierde kwartaal van 2020 nog tot en met 27 december 2020 kunnen worden ingediend.

Informatie over de aanvragen voor het tweede en derde tijdvak van de NOW-3 volgt later.

Bron: Overig | publicatie | 14-12-2020